Ik was de trotse aankoop van een jong stel.
Ik diende als schuilplaats, vakantieverblijf, als liefdesnest.
Ik werd bemind.
Ik werd gewassen en in de was gezet, opgewreven tot ik blonk in de zon.
In mij werd de liefde bedreven.
Ik haalde de jonge moeder met haar tweeling op uit het ziekenhuis.
Ik ging mee op vakantie.
Op mijn achterbank groeiden de kinderen op, keken door mijn raampjes, noteerden de nummers van de departementen die ze lazen op de kentekenplaten van passerende auto's.
Ik werd geparkeerd naast de wijngaard en beschutte mijn eigenaar tegen regen en kou:
Ik werd zijn schaftwagen.
Ik wacht op hem, op zijn vrouw, op de kinderen.
Ik kan maar niet geloven dat zij mij zijn vergeten.
Ik wacht . . . .
7 februari 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
*glimlach*
Een reactie posten