1 september 2015

Pijn

Straatbeeld Arnhem: de Ketelstraat ,[jaren '30]. De versierde winkelstraat wordt gevuld met wandelaars (sommigen met fiets aan de hand) en een enkele auto.
Ik ben in Arnhem, de stad waar ik geboren ben.
Veranderd en hetzelfde gebleven.
Lopend door de binnenstad herken ik de meeste gevels.
Echter veel winkels, die erachter hun nering drijven zijn mij vreemd.
Uitverkoopachtige teksten, weinig artistieke etalages, goedkope uitstraling.
Het is niet vrolijk stemmend.
Zie daarbij de vele leegstaande panden en je kunt het uitgesproken droef noemen; het motregent bovendien.
Bij elke mij vreemde winkel wordt in mijn geheugen gezocht naar een beeld van vroeger: hier was chocolaterie Mousset, hier banketbakker Janssen, de boekwinkels Kroneman, Van Beek of Oranje.
Het lukt mij vaak een plaatje van vroeger op te roepen, echter in veel gevallen lukt dat niet meer.
Weemoed, oppoetsen van die Jugendzeit, romantiseren?
Is dit een gedrag dat alleen ik vertoon of beziet een ieder op dezelfde wijze de stad van zijn jeugd . . . . . . en wat zoek je dan?

Geen opmerkingen: