30 december 2008

Nieuwjaar

Uren, maanden, dagen, jaren
vliegen als een schaduw heen.
Kon ik ze maar bedaren,
Die wormen in m'n houten been!
Tja, er is alweer bijna een jaar voorbij. Feitelijk stelt de wisseling van een jaar niets voor. Het weer verandert niet, ik word er niet wakker van, het maakt mij niet rijker of armer.
Toch heeft het iets. Ik heb altijd een beetje het gevoel dat ik iets afsluit dat niet geheel perfect is en dat ik de kans heb om van het nieuwe jaar iets beters, mooiers te maken.
Laten we dat dan maar weer gaan proberen in 2009!
Morgen sluit ik de deur hier in Montouliers en dan vertrekken we voor een paar dagen naar de Elzas. Twee heerlijke weken heb ik hier beleefd. Leven in een dorp is toch iets aparts, met z'n kleine en grote drama's en vreugdes. Van beide zijn Gaby en ik weer deelgenoot geweest.
Allemaal een gelukkig nieuwjaar!

3 opmerkingen:

Anoniem zei

De 2 eerste regels ken ik wel, nooit geweten het vervolg hierop.
Ja, alle mooie dingen gaan voorbij, gelukkig ook de minder mooie dus is alles weer in evenwicht.
Gelukkig Nieuwjaar voor jullie beiden!

Herman zei

Voor de liefhebber, hier het orgineel:

Nieuwjaarslied

Uren, dagen, maanden, jaren,
Vliegen als een schaduw heên.
Ach! wij vinden, waar wij staren,
Niets bestendigs hier beneên!
Op den weg, dien wij betreden,
Staat geen voetstap, die beklijft:
Al het heden wordt voorleden,
Schoon 't ons toegerekend blijft!

Voorgeslachten kwijnden henen,
En wij bloeien op hun graf;
Ras zal 't nakroost ons bewenen.
't Mensdom valt als blaadren af.
't Stof, door eeuwen zaamgelezen,
Houdt het zelfde graf bewaard.
Buiten U, o eeuwig Wezen!
Ach! wat was de mens op aard'!

Maar door U aan 't niet onttogen,
Liet uw gunst hem niet alleen.
Godlijk Licht omscheen zijne ogen,
En zijn nietigheid verdween.
Onder uw genadeleiding
Wordt hem deze levensbaan
Slechts ontwikkeling, voorbereiding
Tot een eindeloos bestaan.

Dat de tijd hier 't al verover',
Aan geen tijdperk hangt mijn lot.
Gij, Gij blijft mij altijd over,
Gij blijft eindeloos mijn God.
Wel een ramp mij hier ook nader,
'k Vind in U mijn rustpunt weêr.
Gij blijft in uw' Zoon mijn Vader,
Wat verander', wat verkeer'.

Vader, onder al mijn noden,
Vader, onder heil en straf,
Vader, ook in 't rijk der doden,
Vader, ook in 't zwijgend graf.
Waar ik ooit verandring schouwe,
Gij, o God, houdt eeuwig stand.
Ook op mijn stof rust uw trouwe,
Sluimert in uw vaderhand!

Snelt dan, jaren, snelt vrij henen
Met uw blijdschap en verdriet.
Welk een ramp ik moog bewenen,
God, mijn God, verandert niet.
Blijft mij alles hier begeven;
Voortgeleid door zijne hand,
Schouw ik uit dit nietig leven
In mijn eeuwig Vaderland.

Mr. Rhynvis Feith
1753 - 1824
(Proeve van eenige gezangen, 1805

Anoniem zei

Dank je wel hoor, ik kan niet beloven dat ik het uit mijn hoofd leer, liefs.