Vannacht hoorde ik een gedicht, geschreven door een amateur.
Het deed mijn adem stokken.
Doe mij een bundel van deze dichter!
From the new world
De dag erna was alles schoongewassen
en na een week zat er een nieuwe ruit.
De doeken om zijn arm zagen er helder uit,
zijn ogen niet. En ik moest op hem passen.
Hij zat daar in zijn donkergrijze badjas
en Dvorák klonk precies als het geluid
van tien sirenes. Ik heb nauwelijks gehuild,
alleen een scherf bewaard om mee te krassen.
Ik heb die nacht zijn binnenkant gezien
en die was zacht en nat en kaal. Hij vroeg
zijn Heere God of hij daar orgels had.
Hij kreeg Haldol. Toen kon hij niets meer zien.
En ik was vijftien en niet sterk genoeg
om iets te spelen als ik naast hem zat.
25 januari 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten