Ik begon daar (het was nog winter) als assistent op de afdeling selectie en veredeling naaldhout met het opmeten van vele proefvelden. Op zich een eentonig werk, maar omdat je het met z'n tweeën uitvoerde, wel gezellig. De tuinlieden op de kwekerij kwamen bijna allemaal uit Opheusden en omgeving en spraken dus een voor mij onbekend dialect. Dat heeft tot komische misverstanden geleid, maar na enige tijd verstond ik het vlekkeloos.
Al in februari kreeg ik opdracht mij te verdiepen in de fenologie. Ik kreeg het Phenologisch Handboek mee naar huis en worstelde mij door teksten waarin overdreven veel sch's en oo's voor kwamen. Soms heb ik de aandrang om te schrijven: "Menschen gaan nu zoo veel vaker met vacantie!"
Enfin, kennelijk heb ik de leerstof goed begrepen, want ik werd verantwoordelijk voor het verrichten van de fenologische waarnemingen. Dat begon met de bloei van de lariks. Per individuele boom legde ik dat nauwkeurig vast. Om de Japanse lariks te kunnen kruisen met de Europese, moesten van beide soorten tegelijk bloeiende individuen worden gevonden. Dat is uiteindelijk gelukt en de hybride groeide als kool door het heterosiseffect.
Nog altijd bezit ik over een "fenologisch oog" en registreer ik wat wanneer bloeit, uitloopt, een ei legt of z'n blad laat vallen.
Als ik er de tijd voor neem lever ik mijn gegevens in bij de site De Natuurkalender.
Het wordt nu weer lente en er zijn zeer veel bloggers die het niet kunnen laten om weer te melden dat het nieskruid bloeit. Vooral als je al jaren blogt kun je bijna middels Ctrl-C en Crl-V je blog van vorig jaar naar het huidige overhevelen en de datum actuliseren de juiste datum.
Ik zie het mijzelf ook doen. Elk jaar weer dat koolmeesje, die zevenster.
Het laat zien hoe iedereen snakt naar de langere lengte van de dagen en het hernieuwen van de natuur. Iedereen is in de lente een beetje fenoloog geworden.
Zou er in Frankrijk ook een natuurkalender zijn?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten